Ode aan het onderhoud

Het was wereldnieuws: de nieuwe iPhone mist de traditionele aansluiting voor de koptelefoon. Dat zoiets onbenulligs nieuws is, is kenmerkend voor de situatie waarin Apple zich bevindt. De iPhone-maker innoveert volgens critici nauwelijks meer en in een wanhopige poging de rat race van innovatie bij te houden, heeft het bedrijf toen maar de ‘ouderwetse techniek’ van de koptelefoon naar de prullenbak verwezen en een extra camera in de iPhone gepropt.

De prijs die gebruikers voor die ‘noodgedwongen innovaties’ betalen is veel hoger dan alleen het groeiende getal op het prijskaartje, want door alle aandacht voor nieuwigheid komt kwaliteit op de tweede plaats te staan. Gebruikers roepen al jaren om een betere accu, maar in plaats van de accu groter te maken, wordt het apparaat steeds dunner gemaakt. En doordat er telkens weer nieuwe functies worden toegevoegd, is het ooit zo overzichtelijke besturingssysteem van de telefoons inmiddels een rommeltje geworden.
Deze ontwikkeling beperkt zich niet alleen tot de iPhone. Ook in de rest van de samenleving gaat de drang naar steeds weer nieuwer en origineler ten koste van investeren in wat er al is. Stadscentra moeten elke paar decennia volledig op de schop terwijl gemeentes permanent te weinig investeren in de bestaande infrastructuur; schoenen en kleding worden na een paar maanden alweer door nieuwe vervangen en zelfs relaties en banen zijn niet meer veilig.

Al die innovatie is natuurlijk prachtig, zeker wanneer je voor het nieuwe Utrecht Centraal staat of de nieuwste telefoon in je hand hebt. Maar soms ben ik bang dat we de schoonheid vergeten van het zorgdragen voor wat er al is, van dat wat de wereld draaiend houdt, juist ook wanneer dat niet zo nieuw en spannend is. De fiets die al jaren trouw dienstdoet en bijna geen origineel onderdeel meer heeft, het zeventigjarig huwelijk dat al vele stormen heeft doorstaan. De buurjongen dankzij wie de computer weer een paar jaar meekan en de buurvrouw die mijn broeken repareert. De vuilnismannen, loodgieters en systeembeheerders. De huisvrouwen en -mannen en de boterhammen pindakaas die het dagelijks leven mogelijk maken. WD–40 en ducttape. En niet te vergeten de aansluitingen voor onze koptelefoons die, als we Apple mogen geloven, al ruim een eeuw dienstdoen. Deze is voor jullie.

Verschenen in Volzin nr. 12 - 2016


You'll only receive email when they publish something new.

More from Een Padvinder
All posts